Henny Heijmans

No English text yet  > Do you want to help with a translation?

Henny Heijmans
medewerker PvdA fractie Tweede Kamer 
Geboortejaar : 1951
Geboorteplaats : Enschede
In Porem van Mokum omdat  : ze niet praat over een betere wereld, maar zelf
de handen uit de mouwen steekt om die een beetje dichterbij te brengen.
Staat op de bres voor gelijke kansen en heeft als inspiratiebron de uitspraak van Mahatma Ghandi: ‘Be the change you want to see in the world.’ 

I
Voordat ik hier neerstreek heb ik op allerlei plekken in Nederland gewoond. Amsterdam is de stad van mijn hart, hier gebeurt het. De stad ademt de diversiteit waar ik me bij thuis voel. Op de fiets door Amsterdam, dat is pure rijkdom. Dan word ik ook geconfronteerd met de vele gezichten van Amsterdam. Welgesteld en minder bedeeld, allochtoon en autochtoon, kansrijk en kansarm; het is er allemaal. Daar wilde ik iets mee: vandaar de oprichting van Amsterdam verbindt waarin we mensen bij elkaar brengen. Zo konden we afgelopen drie jaar 250 kookgroepen regelen die meer dan 10.000 maaltijden bereidden voor 50 daklozen van het Stoelenproject.  Daarnaast mobiliseer ik vrijwilligers om op de Joop Westerweelschool jonge Amsterdammers extra aandacht te geven met lezen of rekenen. Voor mij heel vanzelfsprekend en ik beleef er ook nog eens veel plezier aan. De contacten zijn een verrijking en een verbreding van mijn blikveld. Dat wens ik iedereen toe. 

II
Tegenwoordig hoef je nauwelijks nog van je stoel af te komen om te weten wat er in de wereld gebeurt. Je sust je geweten met een cheque als zich ergens een ramp voordoet en je leeft verder. Zonder je bewust te zijn van het feit dat er twee straten verderop een groep daklozen rondzwerft. … Ik kom oorspronkelijk uit Twente waar het een goede gewoonte is om voor elkaar te zorgen: het naoberschap! Geloof me: maatschappelijke participatie is al 100 jaar oud hoor. In Amsterdam zijn zo’n 4.500 daklozen. Daar moet goed voor gezorgd worden, klaar! Het  project dat ik initieerde, brengt werelden bij elkaar. De kookgroepjes die voor daklozen koken, zijn voorheen zelden met hun dakloze medemens in aanraking gekomen. Het doet een kookgroep wel wat hoor, als daklozen om zes uur binnen komen met hun plastic tasjes. Daar zit hun hele hebben en houwen in. Dan kijk je ’s avonds wel even anders naar je eigen warme, hippe optrekje. 

III 
Amsterdam is de stad van diversiteit, cultuur en tolerantie, dat is iets om  trots op te zijn.  Niet iedereen heeft gelijke toegang tot alle verworvenheden. Hier in de wijk gaat zo’n 80 procent van alle kinderen naar HAVO/VWO. Een paar kilometer verderop is dat percentage nog geen 30 procent! Dat gaat mij echt aan het hart. Er valt nog een wereld te winnen. Vrijwilligers van het onderwijsproject Jong West in de Baarsjes merken dat zij een verschil kunnen maken. Ze hebben er veel lol in om met kinderen te lezen, te rekenen of te knutselen. Een gepensioneerde lerares belde mij op: ze vertelde dat haar nieuwsgierigheid voor dit project gewekt was. Ze was een Amsterdamse in hart en nieren maar had nog nooit een stap in de Baarsjes gezet. Amsterdamverbindt verbindt werelden in onze stad. Daar word ik blij van. 

IV
Gelijke kansen voor iedereen, dat is eigenlijk mijn levensfilosofie. Ik kom uit een Joods orthodoxe familie. Heel weinig familieleden van me hebben de Holocaust overleefd. Omdat ze niet als gelijkwaardig gezien werden. Tegen dat onrecht verzet ik me. Ik kom op voor mensen die niet als gelijken behandeld worden. Ik kom op voor gelijke kansen. En als ik dat doe, kom ik ook op voor mezelf. Ik word er geestelijk rijker van, ik leer en ik geniet van  alle contacten. Ik ben goed in netwerken en organiseren en ik ga door tot ik iets heb bereikt. Als je me vraagt wat ik Amsterdammers aanraad zeg ik: kom en draag bij aan Amsterdamverbindt. Kook eens een keer voor  daklozen of zet je in voor basisschoolkinderen met een achterstand. Ik verzeker je: daar word jezelf ook niet slechter van!

Voorgedragen door: Albert Jan Visser en Peter Taks
Portret : Saskia Pfaeltzer
Sponsor : Albert Jan Visser en Peter Taks 
Interview : José Reijntjens


Foto: Koos Baaij