Arthur Smolders

No English text yet >  Do you like to help with a translation? 

Arthur Smolders
Algemeen Directeur


Geboorteplaats : Amsterdam
In het Porem van Mokum omdat hij als RAS Amsterdammer is opgeklommen van relatief eenvoudige werker tot bankman van statuur èn veel met Ajax en alle perikelen eromheen van doen heeft gehad. Hij kent de hele wereld van hoog tot laag en is toch oh zo bescheiden gebleven.

Het leven is een feestje, maar je moet wel zelf de slingers ophangen.


I
Mijn moeder komt uit de Utrechtsestraat en mijn vader is op de Noordermarkt geboren. Je kunt het je niet voorstellen, maar een gezin met negen kinderen in een heel klein huisje: een woonkamer, slaapkamer, keukentje en nog een kamertje. Voor hadden ze uitzicht op de Noordermarkt en achter stond een vijftig meter hoge schoorsteen. Wonderlijk, niet? Wat er met de schoorsteen gebeurd is, geen idee, hij staat er niet meer.
Ik ben zelf in de Rivierenbuurt geboren en onlangs ben ik met een schoolvriendje op een zaterdagochtend teruggegaan naar de huizen waar we zijn geboren en opgegroeid. Daar wonen nu Marokkaanse gezinnen, die ons ontvingen alsof we de koningin waren! Heel aardige mensen. Die zaterdagochtend hebben we met andere ogen gekeken naar al die details van de Berlage architectuur en de Amsterdamse school: het metselwerk en de hijskranen, waanzinnig als je dat ziet. Als kind heb je dat helemaal niet in de gaten; je groeit erin op.

II
Hoewel ik niet meer in de stad woon, ben ik in HART en NIEREN Amsterdammer. Maar ik ben nooit verder dan twintig kilometer van de stad verwijderd geweest. Laatst liep ik nog door de Pijp en wat leeft het daar! Mensen zitten buiten op de stoep met een fles wijn, maar ja, feest toch? Je moet je blijven realiseren hoe mooi het is om Amsterdammer te zijn en om in die stad te wonen. Wij Amsterdammers vinden eigenlijk dat Nederland ophoudt bij Amsterdam. Deze arrogantie is niet alleen Amsterdams, dat heb je ook in Londen en New York. Maar een echte Amsterdammer is ook iemand met een grote mond en een klein hartje. Het is emotie en trots zijn op je stad en dat gaat heel ver: van Hazes tot de grachten. Daarbij is Amsterdam een smeltkroes van verschillende culturen en geloven, dat is altijd zo geweest en dat is ook de charme van de stad, denk ik.

III
In 1968 ben ik als jongetje van zeventien bij Ajax gaan werken. De club kon toen wel wat administratieve ondersteuning gebruiken en ons kantoor zat in een kleedkamer onder de tribune. We waren met zijn drieën, zonder computers natuurlijk, maar wel met een stencilmachine. Tot 1977 heb ik daar gewerkt en meegemaakt dat Ajax van clubje veranderde in een Europese topclub. Sinds Ajax drie keer op rij de Europacup I won stond de club in een keer op de kaart. De ontmoeting met Don Bernabéu, toentertijd de president van Real Madrid, was wel bijzonder, ja. Je moet je voorstellen Real Madrid was die tijd wereldtop en Ajax nam het stokje over en won in het Bernabéu. Gerrie Mühren accentueerde dat door een minuutlang de bal hoog te houden. Het thuispubliek ervoer het niet als vernedering, maar gaf Ajax een staande ovatie voor het mooie spel. In die tijd was dat een ommekeer in de voetbalwereld.

IV
Het leven is een feest, maar je moet wel zelf de slingers ophangen. Het gaat niet vanzelf. Amsterdam heb ik hierbij niet meer nodig; ik zou het wel vervelend vinden om er niet meer te komen: zondagochtend over de grachten lopen is heerlijk. Vroeger kwam ik ook nog wel eens op het Leidseplein of het Rembrandtplein, maar daar heb ik nu niets meer te zoeken tussen de jongelui en de bijbehorende overlast. 
Amsterdam heeft een aantrekkingskracht op dit soort toeristen en heeft nooit echt de statigheid van Den Haag gehad. Dat de stad nu een bouwput is helpt natuurlijk ook niet mee. Dat was vroeger ook al zo. De straat lag dan open om de riolering te repareren en als de stratenmakers het weer netjes hadden bestraat lag ie drie weken later weer open voor de elektra. Ha ha! Ja, Amsterdammers hebben een haat-liefdeverhouding met de stad; de liefde overwint dan wel, maar we lopen altijd te pruttelen. 


Voorgedragen door: Saskia Pfaeltzer
Portret: Saskia Pfaeltzer
Sponsor: Nog niemand. U? 
Interview: Marloes Kueter
Foto: Koos Baaij