Izaura van Denderen

­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­­ 
 No  English text yet > Do you want to help wit a translation?

Izaura van Denteren
verzorgster naar wens


In het Porem van Mokum omdat ze, nadat zij van haar drugsverslaving is afgekomen, veel Amsterdammers heeft bijgestaan en geholpen 

Voelde zich tijdens het poseren echt een beetje famous

I
In de periode dat ik verslaafd was, beleefde ik Amsterdam als een stad waar je anoniem kon blijven. Ik zocht er mijn weg omdat hier niemand mij kende. Nadat ik afgekickt was, voelde ik nog steeds een binding met de stad. Ik heb er een tijd voor een christelijke organisatie gewerkt, om drugsverslaafden uit eigen ervaring te vertellen hoe je ervan af kunt komen. En ik heb ook in een aanloophuis op de Oudezijds Voorburgwal gewoond, dat was bedoeld om hulp te bieden aan prostituees die uit het beroep wilden stappen. Ik heb altijd om willen zien naar andere mensen. En dat vind ik nog steeds leuk. Ik wil alleen geen hele zware gevallen meer. Ik heb momenteel een eigen zorgbureautje. Ik geef zorg naar wens aan oudere Amsterdammers die thuis willen blijven wonen.

II
Voor ons is dit altijd een stad van de vrijheid geweest. Veel mensen hier in Amsterdam doen waar ze zin in hebben, iedereen kan zijn mening geven. Er zijn zoveel mogelijkheden: qua scholing, qua leven, qua tolerantie. Ja, dat is wel heel erg mooi. Amsterdam is echt mijn stad. Het is toch het hart van Nederland. Ik heb bijvoorbeeld jarenlang iemand op de Prinsengracht verzorgd, hierdoor werden de grachten als het ware mijn tweede huis. Ik leerde Sjaan kennen, dat is ook zo’n gezicht van Amsterdam, die bij Albert Heijn werkt. Ze gaat haast met de VUT, een heerlijk mens, groot grijs haar en ze past nog maar net op dat stoeltje. Maar ze weet van iedereen alles. Niet op een vervelende manier, op een hele prettige manier. Ja, dat is bijzonder. En al die winkeltjes daar, ik hoop echt dat dat zo blijft.  

III
Ik ben opgegroeid in Rotterdam. Toen ik zelf nog jong was is mijn vader ziek geworden en stond mijn moeder er alleen voor. We waren met zeven kinderen. In die tijd heb ik een jongen leren kennen die drugs gebruikte. Ik was eigenlijk nog te jong om te beseffen wat dat met je kon doen. Als ik verslaafden zag dacht ik: ‘dat zijn domme mensen, die denken niet na. Je bent toch zwak als je dat niet in de hand houdt?’ Maar ja, het komt echt als een dief in de nacht.  

IV
We wonen nu in Diemen-Zuid maar mijn man en ik hebben allebei een geschiedenis in Amsterdam. We zijn drugsverslaafd geweest en hebben op het randje van de dood geleefd. Toen zijn we, los van elkaar, tot het geloof in Jezus Christus gekomen. Dat heeft ons eruit geholpen. Het begon ermee dat ik op een goede dag mezelf maar bleef inprenten: ‘Izau, je bent zelf ook hartstikke verslaafd, je hebt hulp nodig!’ Ik wist wel dat het heel zwaar zou worden. Ik kom uit een niet-christelijk nest, maar toen ben ik in mijn binnenste naar God gaan roepen. Ik zei: “God, als u bestaat, laat u dan ook wat in mij leven.’ En twee weken later zat ik in een christelijk afkickcentrum.

V
Door mijn verslaving heb mezelf wel leren kennen door de jaren heen. Ik zal niet gauw iemand afwijzen, maar drugs maakte echt een gemene griet van me. Je komt jezelf heel erg tegen. Dat gaat niet buiten jezelf om hoor. Als drugsverslaafde kan je best nadenken en weet je ook echt goed wat je doet. Maar er is wel die onmacht om nee te zeggen. Vooral als je ziek bent. Dan pak je wat je pakken kan. 



Voorgedragen door: Antoinette Otten
Portret : Antoinette Otten
Sponsor : Mama Maria Swimwear 
Interview : Marleen Vincenten
Foto: Koos Baaij